Cultuur en Sport

Slovenië als Voorbeeld voor Toeristisch Europa

Groen Slovenië als voorbeeld voor Europe - Shaping Europe

Een streep door massatoerisme: hoe Slovenië duurzaam toerisme op de kaart zet.

Het kleine, in Centraal-Europa gelegen Slovenië wordt de laatste jaren door steeds meer toeristen ontdekt. En terecht, want het landje heeft ontzettend veel te bieden. Van de gezellige en hippe hoofdstad Ljubljana tot het knusse kuststadje Piran, en van het Alpengebied met weiden, meren en bergen in het noorden tot de uitgestrekte bossen vol herten, vossen en zelfs beren in het zuiden… Slovenië heeft voor ieder wat wils. Toch weet het land, ondanks een groeiende populariteit onder vakantiegangers, haar groene karakter bijzonder goed te beschermen. Slovenië is zelfs als eerste land ter wereld uitgeroepen tot ‘a Green Destination of the World’ (vertaling: een groene bestemming). Met wetgeving, labels en programma’s heeft Slovenië duurzaam toerisme op de kaart gezet. Hiermee is het een waar voorbeeld geworden voor Europa én de rest van de wereld.

Toerisme: een vloek…

De dalende prijs van vliegtickets en accommodaties en de tegelijkertijd groeiende welvaart wereldwijd zorgen ervoor dat steeds meer mensen kunnen reizen. Tijdens en na de coronapandemie zagen we een (flinke) dip, maar inmiddels zitten we alweer op het oude niveau. De verwachting is dat het aantal toeristen de komende jaren zal blijven stijgen en zelfs mogelijk zal verdrievoudigen  ten opzichte van 2000 – vooral omdat de middenklasse uit India en China groeit en zij er naar verwachting steeds meer op uit kunnen en gaan trekken. 

Mensen reizen steeds meer en verder. Dat heeft voor-, maar ook nadelen. Iedereen weet dat vliegen schadelijk is voor het milieu. Daarnaast kan toerisme leiden tot vervuiling op kleiner niveau, schade aan de plaatselijke natuur en de verstoring van lokale gemeenschappen. De laatste jaren is er bovendien steeds meer aandacht voor de gevolgen van massatoerisme. Er zijn genoeg voorbeelden te bedenken van plekken die ooit heel mooi, gezellig en pittoresk waren, maar nu door massatoerisme zijn ‘verpest’. Neem Venetië bijvoorbeeld. Het bestuur van de prachtige Italiaanse gondelstad maakte in april 2022 bekend entree te gaan heffen om de bezoekersaantallen terug te brengen tot maximaal 50.000 dagjesmensen. Nog steeds erg veel, maar al een stuk minder dan de 110.000 mensen (!) die er voorheen op gemiddelde zomerdag in juli konden zijn. 

In Venetië komen ze om van de toeristen. Cruiseschepen en jachten vervuilen zowel het water als het imposante zicht, over de kanalen kan je leuk ‘filevaren’ in een gondel, en op de Ponte Di Rialto kan je met honderden anderen tegelijkertijd dezelfde selfie maken. Echter worden de inwoners van Venetië steeds verder de (binnen)stad uitgejaagd. Unesco dreigde in 2014 zelfs – vanwege de problemen voortkomend uit het massatoerisme – om de stad op de List of World Heritage in Danger (Lijst van Werelderfgoed in Gevaar) te zetten. 

Slovenië als Voorbeeld voor Toeristisch Europa - Shaping Europe

Het massatoerisme stuit(te) op verzet in Venetië. Veel inwoners vinden dat het stadsbestuur faalt in het beschermen van de belangen van de inwoners én de belangen van de historische stad en haar erfgoed. Toen Venetië tijdelijk niet bezocht kon werden tijdens de coronapandemie, konden de inwoners proeven aan de rust die Venetië ooit had. En hoewel de inwoners afhankelijk zijn van toerisme en ze uiteindelijk ook uitkeken naar hun terugkomst, werd de pandemie een moment om te reflecteren en na te denken over de toekomst van toerisme in de stad. 

Venetië is overigens niet de enige stad waar massatoerisme op steeds meer verzet stuit. Ook inwoners van steden zoals Barcelona, Dubrovnik en – dichterbij huis – Amsterdam klagen over overlast van toeristen, misdragingen op straat, de oplopende (woon)prijzen, zogenaamde ‘TikTok-rijen’, AirBnB dat de stad overneemt en de e-nor-me drukte overal. 

… of een zegen?

Los van alle (mogelijke) problemen die kunnen ontstaan, heeft (groeiend) toerisme  ook een heleboel voordelen. Toerisme kan erg goed zijn voor de lokale economie bijvoorbeeld, of voor de ontwikkeling van een bepaald gebied. Daarbij is het wel van belang dat locals profiteren van toerisme, en niet alleen maar een handjevol zakenlieden of buitenlandse investeerders en bedrijven. Toerisme zorgt vaak voor duizenden extra banen. Niet alleen hotels en vervoersmaatschappijen, maar ook musea, attractieparken, restaurants en cafés hebben door toeristen extra mankracht nodig. 

In 2018, dus net voor corona, leverde de toeristenindustrie Nederland bijna 800.000 banen op. Sommige locaties, zoals de Waddeneilanden, zijn zelfs bijna volledig afhankelijk van toerisme. De meeste eilanders hebben een baan in de horeca, bij een attractie of bij bijvoorbeeld een bootverhuurbedrijf. Wat geldt voor de inwoners van de Nederlandse Wadden, geldt in sommige gevallen voor hele landen. Op die plekken is toerisme (bijna) de grootste bron van inkomsten. Zo zijn de paradijselijke Maldiven voor een kleine 40% van het bbp afhankelijk van toerisme, en is ABC-eiland Aruba voor 28% van het bbp afhankelijk van toerisme. In Europa is toerisme economisch gezien erg belangrijk voor bijvoorbeeld grote delen van Spanje, Italië en Griekenland. 

Slovenië als Voorbeeld voor Toeristisch Europa - Shaping Europe

Toerisme heeft ook andere voordelen. Soms zorgt het ervoor dat de infrastructuur in een land wordt verbeterd. Overheden willen het voor toeristen aantrekkelijk maken om het land te bezoeken. Veilige wegen en goed-functionerende, moderne vliegvelden helpen daarbij. Hiervan profiteert uiteindelijk niet alleen de toerist, maar ook de lokale inwoner. Ook zorgt toerisme soms voor de ontwikkeling van (nieuwe) parken, musea en attracties. Om de behoeftes van de bezoekers te kunnen waarmaken, leidt een groei aan toeristen soms bovendien tot de implementatie en verbetering van bepaalde voorzieningen die tevens noodzakelijk zijn voor lokale inwoners, zoals openbaar vervoer, afvalbeheer, openbare toiletten, goede watersystemen, gezondheidszorg, recreatievoorzieningen, enzovoorts.  

Toerisme heeft daarnaast een andere – niet-economische – functie: het kan een land namelijk helpen in het versterken of verbeteren van een imago. Dat gebeurt momenteel veel in landen in het Midden-Oosten, waar persreizen en influencers worden ingezet om het imago van verschillende landen te verbeteren en het land op de kaart te zetten. Hetzelfde geldt, alleen dan in andere mate, voor landen in de Balkan en Oost-Europa. Veel mensen denken, vanwege de geschiedenis rondom het ijzeren gordijn en de Koude Oorlog, nog negatief over deze regio’s als bestemming. 

Ideëen over steden vol grauwe Sovjetflats dragen niet bij aan een romantisch, gezellig of zomers beeld van een mogelijk vakantieland. Bovendien denken mensen bij de Balkan al gauw aan conflict en onveiligheid, vanwege de Joegoeslavië oorlogen. Duurzaam toerisme is daarom een tool die meerdere landen in de regio’s gebruiken om deze onterechte negatieve reputatie (want, spoiler: de Balkan en Oost-Europa zijn prachtig én veilig!) te verbeteren. Slovenië is hierin koploper, maar ook de overheid van Montenegro is hier druk mee bezig. Duurzaam toerisme wordt ingezet als een kenmerkend en onderscheidend aspect van het land, om zo een nieuwe doelgroep aan te trekken.

Tot slot kan (groeiend) toerisme zorgen voor trots bij lokale bewoners, en voor cultuur- en kennisoverdracht bij de mensen die het land bezoeken. Op deze manier leidt toerisme tot meer internationaal begrip en wederzijds respect. 

Duurzaam toerisme als alternatief 

De laatste jaren is er steeds meer bewustzijn over de positieve én negatieve gevolgen van toerisme. Dat toerisme niet alleen maar voordelen heeft weten we inmiddels, maar het is klaarblijkelijk ook goed voor de lokale en soms zelfs nationale economie en ontwikkeling. Is het dan mogelijk om toerisme te bevorderen zonder dat het leidt tot al de problemen die hierboven zijn benoemd? Het antwoord op deze vraag is ‘ja’. Er is een alternatief, namelijk duurzaam toerisme. 

Duurzaam toerisme wordt door de World Tourism Organizaion (Wereld Toerisme Organisatie) van de Verenigde Naties (UNWTO) omschreven als Toerisme dat ten volle rekening houdt met de huidige en toekomstige economische-, sociale- en ecologische gevolgen, met aandacht voor de behoeften van de bezoekers, de industrie, het milieu en de gastgemeenschappen. Hierbij staan drie punten hoog op de agenda:

  • Ecologische processen in stand houden en bijdragen aan het behoud van natuurlijk erfgoed en biodiversiteit. 
  • Het respecteren van de sociaal-culturele authenticiteit van de gastgemeenschappen, het behouden van hun cultureel erfgoed en traditionele waarden, en bijdragen aan intercultureel respect en tolerantie. 
  • Zorgen voor een levensvatbare economische activiteiten op de lange termijn. Het eerlijk verdelen van sociaaleconomische voordelen, het verwerven van stabiele werkgelegenheid en sociale diensten/faciliteiten aan gastgemeenschappen, en bijdragen aan armoedebestrijding.  

Naast de hierboven toegelichte punten is het idee dat duurzaam toerisme daarnaast zorgt voor een hoge mate van tevredenheid onder toeristen. Duurzaam toerisme is overigens iets anders dan ecotoerisme, ook al heeft het wel raakvlakken. In de ecotoerismesector reizen vakantiegangers namelijk op een verantwoorde manier af naar natuurgebieden, terwijl het milieu beschermd blijft, en de plaatselijke flora en fauna geen schade oplopen. Vaak zit er een educatieve component vast aan het programma, om de reiziger meer te laten leren over hun mogelijke impact op het milieu en hoe deze te verminderen. 

Toch is er ook kritiek op duurzaam toerisme en ecotoerisme. Hoewel er een definitie is van de UNWTO, is deze definitie niet algemeen geaccepteerd. Louche bedrijven kunnen zonder al te veel moeite te doen ‘planet friendly’ trips organiseren, zonder dat deze daadwerkelijk ‘eco’ of duurzaam zijn. Daarnaast is het soms erg moeilijk tot onmogelijk om aan de criteria te voldoen, waardoor een ecoreis ineens wel heel erg lijkt op een ‘normale’ reis. Dit terwijl er wel meer geld voor wordt gevraagd. Daarbovenop zijn de organisaties die deze reizen aanbieden vaak niet lokaal, waardoor juist de lokale bevolking minder profiteert. 

Duurzaam toerisme in Slovenië

De laatste jaren groeit het aantal toeristen in Slovenië flink. Toch is er in het land heel bewust geen ruimte voor massatoerisme. In 2019, net voor de coronapandemie, bezochten 5,6 miljoen reizigers het Slovenië, waarvan er 1,4 miljoen uit het eigen land kwamen. Ter vergelijking, in 2019 bezochten 5,2 miljoen mensen pretpark de Efteling in Nederland. De cijfers vallen eigenlijk dus wel mee, al zijn het grootse cijfers voor een land met twee miljoen inwoners. Toch zal het je – als je het land bezoekt – opvallen hoe rustig, groen en schoon het er is. 

In Slovenië komen dus wel toeristen, maar het voelt niet aan als ‘te veel’.  Slovenië weet de toeristen dan ook goed te verspreiden over het land, waardoor de gebieden – stad, bos, alpen en platteland – leefbaar, groen en rustig blijven. Dat komt mede doordat het land al jaren inzet op duurzaam toerisme. De belangrijkste reden hiervoor is dat Slovenië haar mooiste plekjes wil behouden zoals ze nu zijn, zodat ook de toekomstige generaties ervan kunnen genieten. Tegelijkertijd zorgt de focus op duurzaamheid er strategisch en marketingtechnisch voor dat Slovenië een aantrekkelijke, groene en gezonde bestemming blijft en wordt voor toeristen. 

Slovenië heeft een nationaal certificeringsprogramma opgezet, genaamd SLOVENIA GREEN, dat alle inspanningen rondom duurzaam toerisme bundelt. In dit programma werken bestemmingen (steden, dorpen, nationale parken, attracties, etc.), toeristische dienstverleners, en andere belanghebbenden samen. Het programma is voornamelijk opgericht als handvat voor bestemmingen en bedrijven om duurzaam toerisme te integreren in hun activiteiten. Onderdeel van het Sloveense duurzaamheidsplan zijn overigens ook fietsroutes, zoals de Slovenia Green Gourmet Route. Deze route leidt fietsers door het hele land langs allerlei duurzame voedselaanbieders. 

Wanneer bestemmingen aan de eisen voldoen, kunnen ze op de Green Scheme terecht komen. Momenteel staan daar meer dan 130 bestemmingen, accommodaties, nationale parken, bedrijven, attracties, restaurants en stranden op. Voor toeristen is het in een oogopslag zichtbaar welke bestemmingen en bedrijven het goed doen op het gebied van duurzaam toerisme. Bovendien ontvangen deze pioniers een speciaal duurzaamheidslabel (brons/zilver/goud/platina/of specifiek gericht op een accommodatie/attractie/etc.). 

Als vakantieganger merk je al snel hoe erg Slovenië gericht is op duurzaamheid. De binnenstad van Ljubljana is autovrij, maar je kan gratis gebruik maken van een soort elektrische golfkarretjes die je van hot naar her rijden. Voor de echte wildlife experience kan je in het zuidwesten van het land beren spotten. Alle organisaties die dit aanbieden zijn gericht op de bescherming van beren – daar gaat ook het toegangsgeld naartoe. De berenpopulatie in dit bosgebied overigens de grootste van heel Europa! De bossen worden bovendien als geheel beschermd, net als de bergen, grotten en meren. Het land barst van de ecolodges en vega(n)-restaurants. De hoofdstad zet bovendien in op het bereiken van zero waste, en vijftig procent van de stad bestaat uit groene zones en parken. Je kan er goed fietsen op de vele fietspaden en mocht je dorst hebben? Dan is het water uit een van de tientallen gratis tappunten van uitzonderlijk goede kwaliteit. 

Slovenië als voorbeeld voor Europa

Nu het aantal toeristen de komende jaren zal blijven toenemen is het goed om na te denken over hoe dit georganiseerd kan worden. Slovenië heeft als een van de eerste landen een stap naar voren gezet en toerisme veranderd – op een positieve manier. Terwijl het land inzet op duurzaamheid én leefbaarheid voor de Slovenen, wordt het land steeds populairder onder toeristen en sleept Slovenië bovendien de ene award na de andere binnen. Dat het land een voorbeeld is voor Europa is dus geen verrassing, noch een discussiepunt. Het is alleen aan veel andere Europese landen om dit voorbeeld (eindelijk eens) te volgen. 

Loes ter Horst volgt een master Midden-Oostenstudies (Universiteit van Amsterdam). Afgelopen zomer behaalde ze de MSc Crisis and Security Management (Universiteit Leiden), nadat ze eerder de BA Liberal Arts and Sciences (Universiteit Utrecht) had afgerond.

Afbeeldingen: Shutterstock

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *