Gezondheid

‘De rode vlag hangt uit’, maar 1 op de 10 kan geen menstruatieproducten betalen

Over menstruatieverlof, menstruatie-armoede en het doorbreken van het taboe rond ongesteldheid (Menstrual Hygiene Day – deel 2).

Op 28 mei 2022, de internationale Menstrual Hygiene Day, werd het eerste artikel van Shaping Europe in de serie over menstruatie gepubliceerd. Welkom terug voor iedereen die dit artikel al gelezen heeft! Heb je het vorige artikel gemist? Klik dan even hier, zodat je helemaal up-to-date bent. In het eerste artikel werden de ervaringen van verschillende vrouwen die menstrueren besproken, waarbij de nadruk lag op de verschillende fysieke en mentale menstruatieklachten. Ook hebben we het gehad over het taboe rond menstruatie en de gevolgen daarvan. In dit artikel bespreken we drie andere kwesties rond menstruatie, namelijk menstruatieverlof, menstruatie-armoede en het taboe rond menstruatie – zaken die de laatste maanden veelvuldig in het Europese nieuws zijn geweest. 

Menstruatieverlof

Halverwege mei 2022 werd bekend gemaakt dat de Spaanse nationale overheid overweegt om een hervormingsprogramma in te voeren dat onder andere pleit voor menstruatieverlof. Het wetsvoorstel houdt in dat vrouwen en andere mensen die menstrueren* die ernstige menstruatieklachten ervaren de mogelijkheid hebben om drie dagen per maand verlof te krijgen, betaald door de Spaanse staat.

Onderdeel van het programma is bovendien dat menstruatieproducten, zoals tampons en maandverband, gratis verspreid worden in onderwijsinstellingen, gevangenissen en in de sociale gezondheidszorg. Volgens Irene Montero, de Spaanse Minister van Gelijkheid, zorgt de nieuwe wet ervoor dat vrouwen niet langer met hevige pijn naar hun werk hoeven. Tevens zou het een bijdrage leveren aan het doorbreken van het taboe rond menstruatie. Eerst zou overigens ook de btw op menstruatieproducten worden afgeschaft, maar dit ging niet door in verband met de hoge kosten. 

Het wetsvoorstel leidde tot hevige discussies in Spanje, maar ook daarbuiten. In Nederland werd het besproken aan de talkshowtafels, haalde het voorstel het achtuurjournaal en was menstruatieverlof ook in de wandelgangen het gesprek van de dag. Voorstanders stellen dat menstruatieverlof helpt om het stigma rond menstruatie te doorbreken en ervoor zorgt dat er meer aandacht komt voor de unieke aspecten van de gezondheid van vrouwen, aspecten die nu vaak nog genegeerd worden. Tegenstanders zijn daarentegen van mening dat de komst van een menstruatieverlof ervoor zorgt dat de drempel voor werkgevers om vrouwen aan te nemen nog hoger wordt dan nu het geval is. Dit argument gaat ervanuit dat aanwezigheid gelijk staat aan productiviteit. De vraag rijst of het niet beter is om vrouwen het recht te geven om thuis te blijven als ze door hun menstruatieklachten niet productief kunnen zijn op hun werk. Sommigen zijn echter bang dat er misbruik gemaakt zal gaan worden van de nieuwe wetgeving. 

Hoewel Spanje het eerste Europese land zou zijn dat menstruatieverlof invoert, is er wereldwijd al een aantal landen waar menstruatieverlof onderdeel van de wet is, namelijk Taiwan, Zuid-Korea, Japan, Zambia en Indonesië. In bijna al deze landen is de wetgeving voornamelijk ingevoerd omdat vrouwen die werkzaam waren in de industrie geen toegang hadden tot adequate sanitaire voorzieningen. In Zambia is de wetgeving ingevoerd om de werkvloer vrouwvriendelijker te maken. 

Een uitgebreider kijkje in de wetgeving van deze landen laat zien dat er, ondanks de invoering van menstruatieverlof, nog steeds haken en ogen aan het beleid zitten. Zo is Japan een van de eerste landen die menstruatieverlof in de wet vastlegde in 1947. Volgens de wet mogen vrouwen verlof aanvragen als zij belemmerd worden in hun werkzaamheden tijdens hun menstruatie. Een Japans onderzoek heeft uitgewezen dat veel werkgevers beleid hebben rond menstruatie, waaronder volledig verlof en de mogelijkheid om vanuit huis te werken. Slechts een zeer klein deel van de werkende vrouwen in Japan maakt echter gebruik van het menstruatieverlof, met name omdat ze terughoudend zijn in het openlijk uitspreken dat ze ongemak ervaren tijdens hun menstruatie. Het is niet onwaarschijnlijk dat deze terughoudendheid gerelateerd is aan de enorme genderongelijkheid in Japan. Wereldwijd staat Japan op plek 117 als het gaat om de economische participatie en professionele kansen voor vrouwen. Deze nadelige positie maakt menstruatieverlof waarschijnlijk nog onaantrekkelijker voor veel Japanse vrouwen.

De terughoudendheid om verlof aan te vragen is ook terug te zien in het menstruatiebeleid in de andere bovengenoemde landen. Indonesië volgde het Japanse voorbeeld in 1948 door menstruatieverlof in te voeren. De wet kwam in 1990 in opspraak omdat het tegenstrijdig zou zijn met de emancipatie van vrouwen. Hoewel Zuid-Korea in 2001 een wet invoerde die het mogelijk maakt voor werknemers om per maand één onbetaalde dag verlof te krijgen, neemt het aantal vrouwen dat daar gebruik van maakt snel af. Dit kan deels verklaard worden door de houding van sommige mannelijke werknemers die menstruatieverlof beschouwen als een vorm van omgekeerd seksisme. Zo twitterde Sung Jae-gi, voormalig leider van de groep Men for Korea in 2012: “Jullie vrouwen zouden jullie moeten schamen! Waarom maken jullie zo’n ophef over menstruatie terwijl Korea het laagste geboortecijfer van de wereld heeft?” 

De vraag is of een speciaal menstruatieverlof de oplossing is, aangezien vrouwen er ook weinig gebruik van maken in landen waar een dergelijk beleid al wel is ingevoerd. In Nederland, waar al ruime verlofregelingen zijn, geven veel vrouwen aan dat zij niet durven toe te geven dat ze wel eens verlof nemen omwille van hun menstruatie, ook als dat wel de reden is. Veel vrouwen zijn terughoudend in het opnemen van menstruatieverlof omdat het vaak nog steeds een taboe is op de werkvloer. Wat nodig lijkt om vrouwen met ernstige klachten tijdens hun menstruatie te ondersteunen is niet zozeer een speciaal menstruatieverlof, maar maatschappelijke verandering in de manier waarop we kijken naar vrouwen en hun gezondheid. Hoewel de hiervoor genoemde voorbeelden laten zien dat menstruatieverlof nog niet wijdverspreid geaccepteerd wordt, kan het wel een belangrijke stap zijn in de richting van een samenleving waarin vrouwen zich niet hoeven te schamen als ze ongesteld zijn en hun klachten serieus genomen worden. Menstruatieverlof kan ervoor zorgen dat er meer erkenning komt voor de klachten van vrouwen en laten zien dat het normaal is om niet te werken als er sprake is van hevige pijn.

Als we onze respondenten** vragen naar hun mening over menstruatieverlof, valt op dat de meesten het een goed idee vinden. Wel vinden veel vrouwen drie dagen per maand te veel. Ze geven aan dat ze zelf meestal 1 of maximaal 2 dagen erg last hebben van hun menstruatie waarna het afzwakt, dus dat het aantal dagen een stuk lager zou kunnen liggen. Emily vindt dat het voor werkgevers lastig is als vrouwen tijdens hun menstruatie uitvallen op het werk. Thuiswerken, of een ruimhartiger beleid rond begin- en eindtijden, zou daarom ook een oplossing kunnen zijn. 

De Nederlandse arbeidsrechtadvocaat Maarten van Gelderen zegt in een interview met RTL Nieuws dat hij geen voorstander is van menstruatieverlof, omdat Nederland al een royale ziekteverlofregeling kent. Alle personen met zulke dusdanige klachten dat ze niet kunnen werken – of het nou griepklachten, migraineklachten of menstruatieklachten zijn – hebben recht op verlof, ook als de klachten regelmatig voorkomen. In Spanje is het de bedoeling dat vrouwen eerst een verklaring krijgen van een arts over hun menstruatieklachten. Pas dan kunnen ze verlof krijgen. Van Gelderen is positief over het feit dat dit in Nederland nu niet het geval is. Ziek is ziek, niet lekker is niet lekker; dan kun je dus gewoon vrij krijgen. Hij mist hier echter de belangrijkste reden waarom menstruatieverlof juist wel ingevoerd zou moeten worden. Veel vrouwen durven op dit moment geen verlof aan te vragen tijdens hun ongesteldheid, onder andere omdat vrouwen van jongs af aan al leren dat pijn tijdens je menstruatie normaal is en je beter gewoon kan doorzetten. Het invoeren van menstruatieverlof laat daarentegen zien dat menstruatieklachten serieus genomen worden en doorbreekt het idee dat vrouwen zich aanstellen als ze pijn hebben tijdens hun menstruatie.

Hoewel in Europa door sommigen dus gepleit wordt voor menstruatieverlof, wordt in andere landen in de wereld juist gepleit voor het afschaffen ervan. Hierbij gaat het om gedwongen menstruatieverlof, een nog steeds veel voorkomende mensenrechtenschending. Binnen sommige culturen of landen worden meisjes en vrouwen namelijk gedwongen om thuis te blijven of worden ze buiten de gemeenschap geplaatst op dagen dat zij ongesteld zijn. In Nepal en Afghanistan gaat 30% van de menstruerende meisjes niet naar school, in India stopt zelfs 20% van de meisjes helemaal met school op het moment dat zij voor het eerst ongesteld worden, omdat ongesteldheid in deze landen nog steeds als onrein wordt gezien. Grote schoolachterstanden of het verlaten van school zal het verkrijgen van meer gendergelijkheid moeilijker maken.

Menstruatie-armoede

Een andere belangrijke kwestie rond menstruatie is menstruatie-armoede. Dit heeft betrekking op financiële, sociale, culturele en politieke barrières in de toegang tot onderwijs, menstruatieproducten en toegang tot gezondheidszorg. Makkelijk gezegd, menstruatie-armoede bestaat wanneer mensen niet genoeg financiële middelen hebben om menstruatieproducten als maandverband en tampons te kopen. Door de huidige inflatie stijgt het aantal mensen dat de boodschappen – en dus ook menstruatieproducten – niet meer kan betalen. 

Beperkte toegang betekent in veel gevallen dat vrouwen moeten kiezen tussen het kopen van menstruatieproducten of voedsel. Daarnaast kan een gebrek aan menstruatieproducten ervoor zorgen dat meisjes niet naar school kunnen tijdens hun ongesteldheid, met negatieve gevolgen voor hun educatie als resultaat. Bovendien zegt Plan International dat vrouwen die geen maandverband of tampons kunnen betalen, vaak wc-papier, oude doeken of kranten gebruiken. Dit verhoogt de kans op gezondheidsrisico’s, zoals infecties. Sommige vrouwen gebruiken de producten ook te lang. Bij gebruik van een tampon kan dit in zeldzame gevallen ernstige gevolgen hebben, zoals het krijgen van het Toxic Shock Syndrome, waaraan je zelfs kan overlijden. Als laatste zorgt menstruatie-armoede voor een vermindering in mobiliteit. Omdat vrouwen willen voorkomen dat ze doorlekken ondanks het gebrek aan menstruatieproducten, besloten ze soms thuis te blijven van werk of school. Dit heeft negatieve gevolgen voor de eigenwaarde en ontwikkeling van jonge meisjes en vrouwen. 

Menstruatie-armoede is een wijdverspreid probleem in de Europese Unie. Naar schatting kan 1 op de 10 Europese vrouwen zich geen menstruatieproducten veroorloven. Let wel, deze cijfers zijn nog van voor de stijgende inflatie. Inmiddels ligt het aantal wellicht zelfs hoger. Vrouwen zijn tussen de 350 en 480 keer in hun leven ongesteld en menstrueren gedurende 3 tot 7 dagen. Alles bij elkaar menstrueren vrouwen dus 7 tot 9 jaar, oftewel zo’n 10% van hun leven, waarin zij ongeveer 100 kg aan menstruatieproducten per persoon verbruiken. Beperkte toegang tot menstruatieproducten heeft voor veel vrouwen dus enorm veel impact op hun dagelijks leven. En toch, ondanks dat ongeveer de helft van de inwoners van de EU menstrueert, wordt er zowel op sociaal als op politiek gebied nauwelijks aandacht besteed aan het probleem van menstruatie-armoede. 

Kenia was in 2017 het eerste land ter wereld dat gratis maandverband aanbood op scholen. Drie jaar later, in november 2020 heeft het Schotse parlement een wet aangenomen die ervoor zorgt dat menstruatieproducten gratis aangeboden worden in alle publieke ruimtes, waaronder scholen, apotheken en buurthuizen. Een andere benadering om menstruatie-armoede uit te bannen is een verandering in de btw-tarieven van menstruatieproducten. Er is in de Europese Unie geen wetgeving die voorschrijft hoeveel btw er op menstruatieproducten geheven mag worden, waardoor de tarieven sterk uiteen lopen. In Nederland vallen tampons en maandverband onder het lage btw-tarief van 9%, maar onder andere Zwitserland, Denemarken en Kroatië ligt het tarief veel hoger, op 25%. Door de hoge prijzen worden menstruatieproducten een ‘luxeproduct’, terwijl ze juist broodnodig zijn. Een deel van de oplossing om menstruatiearmoede tegen te gaan, kan dus mogelijk gevonden worden in een vast laag btw-tarief op menstruatieproducten. 

Omdat er door overheden niet al te veel maatregelen worden genomen om menstruatie-armoede aan te pakken, groeit het aantal (particuliere) initiatieven om het fenomeen tegen te gaan de laatste jaren enorm. In steeds meer wijken verschijnen kastjes waaruit mensen die dat nodig hebben onder andere gratis menstruatieproducten kunnen halen. Dit is iets dat ook voor de helaas vaak vergeten groep van dak- en thuislozen een uitkomst is. Krista Leussink uit Wognum (Noord-Holland) heeft een ‘menstruatiekastje’ in haar voortuin staan. In een interview met het blad de LINDA vertelt ze dat de meeste vrouwen als het donker is langskomen om de producten op te halen. Daarnaast legt ze uit dat er producten opgehaald kunnen worden bij het gezondheidscentrum in Hoorn, of bij het Leger des Heils. Hiervoor moeten vrouwen echter wel een drempel over, een drempel die bij Leussink niet aanwezig is. Ze zegt er zelf over: “Ik kijk niet [en] stel geen vragen.” 

Daarnaast zijn menstruatieproducten steeds vaker gratis te krijgen bij verschillende (publieke) voorzieningen, in ieder geval in Nederland. Studenten en medewerkers van de Universiteit Utrecht kunnen sinds kort indien nodig producten halen bij verschillende balies, hetzelfde geldt voor de Hogeschool van Amsterdam en de Vrije Universiteit in Amsterdam. Ook bij hostelketen StayOkay liggen er menstruatieproducten in de wc’s, die gasten gratis mogen gebruiken. Daarnaast hebben steeds meer middelbare scholen kastjes, waar middelbare scholieren vrijblijvend menstruatieproducten uit kunnen halen. 

De respondenten uit ons eigen onderzoek komen zelf met verschillende oplossingen voor menstruatiearmoede. Gemeentes kunnen menstruatiepakketten aanbieden, of maandverband en tampons moeten structureel aanwezig zijn in de pakketten van de Voedselbank, of de producten moeten vergoed worden door de zorgverzekeraar. De vrouwen geven aan dat ze menstruatie-ondergoed of -cups als een langetermijnoplossing zien voor menstruatiearmoede. Deze zouden door de overheid verstrekt kunnen worden. Hoewel de kosten eerst hoger liggen dan bij een pakje maandverband of tampons, gaan menstruatie-ondergoed en -cups veel langer mee – soms zelfs 10 jaar!

Neighborhood Feminists, een Amsterdamse organisatie die zich inzet tegen menstruatie-armoede, vindt echter niet dat menstruatie-ondergoed- of cups de heilige graal zijn. Ondanks dat tampons en maandverband niet duurzaam zijn, is hier wel de meeste vraag naar. Neighborhood Feminists vindt het belangrijk dat vrouwen die lijden aan menstruatie-armoede zelf mogen bepalen welke producten ze gebruiken; het gaat immers over hun eigen lichaam. Cups en menstruatie-ondergoed zijn bovendien producten die goed schoongemaakt moeten worden. Dit is soms niet haalbaar voor ongedocumenteerde mensen en dak- en thuislozen, wat weer pleit voor wegwerpproducten. 

Als laatste geeft respondent Emily aan dat menstruatie-armoede wat haar betreft niet alleen gaat over menstruatieproducten als tampons of maandverband, maar ook over medicijnen als naproxennatrium, wat vaak wordt geadviseerd en gebruikt bij hevige menstruatiepijn. Naproxennatrium is te koop bij alle drogisterijen en kost – afhankelijk van het merk en de hoeveelheid milligram – 2,69 tot 4,29 euro per pakje, voor 12 tabletjes. Ter vergelijking, paracetamol kost bij dezelfde drogisterij 0,59 cent voor 20 stuks en 1,19 euro voor 50 stuks. Het probleem van paracetamol is echter dat het vaak niet effectief werkt tegen menstruatiepijn. Dit in tegenstelling tot NSAID’s zoals naproxennatrium, die de aanmaak van het hormoon prostagladine, dat menstruatiepijn veroorzaakt, remmen. Gezien het feit dat men meestal maximaal drie van deze tabletjes per dag mag innemen, duurt het ongeveer 4 dagen voordat de voorraad alweer leeg is. De kosten voor naproxennatrium tabletjes zijn dus zeker niet laag, zeker omdat sommige vrouwen een pakje per menstruatie nodig hebben. Emily pleit er daarom voor dat ook pijnstillers in kastjes of pakketten worden aangeboden. 

Taboe

Enkel nadruk leggen op veranderingen in het aanbod van menstruatieproducten gaat er niet voor zorgen dat menstruatie-armoede opgelost wordt. Het uitbannen van menstruatie-armoede vraagt, naast betere toegang tot menstruatieproducten, ook om het aanpakken van het taboe en het stigma rond menstruatie. Onderdeel van menstruatie-armoede is namelijk ook de toegang tot juiste informatie. Dit wordt nu nog bemoeilijkt door het feit dat er weinig gesproken wordt over menstruatie in de wandelgangen en als we het al hebben over menstruatie, wordt er vaak niet direct over gesproken. Een onderzoek heeft namelijk uitgewezen dat er wereldwijd meer dan 5000 synoniemen zijn voor menstruatie binnen talen. De synoniemen variëren van ‘de rode vlag hangt uit’ (Nederland) en ‘de haaienweek’ (Puerto Rico) tot ‘mijn dingen’ (Italië) en ‘ses ragnagnas’ (Frankrijk). Dit laatste is een mix voor de woorden ragougnasses en gnagnagna (Frans dialect) en heeft betrekking tot ‘het slechte humeur van vrouwen als ze ongesteld zijn’. 

Deze schaamte om te praten over menstruatie heeft alles te maken met het beeld dat in veel landen bestaat over ongesteldheid. Het wordt vaak geassocieerd met onreinheid en smerigheid. Vanuit de oudheid hebben sommige culturen mythes bedacht rondom menstruatie. Zo bestond de overtuiging binnen veel culturen dat vrouwen met hun cyclus de cyclus van de maan onder controle hadden. Later stelden veel geloofsovertuigingen dat vrouwen onrein waren tijdens hun menstruatie. Sommige katholieke stromingen zien de ongemakken van ongesteldheid, net als de pijn bij een bevalling overigens, als een straf voor de zonde van Eva. In sommige landen worden vrouwen zelfs ontmoedigd om zich te wassen tijdens hun menstruatie. Dit zou de gedeelde waterbronnen besmetten. Menstruatie werd binnen de publieke gezondheid als ‘vies’ werd bestempeld. Verkopers van menstruatieproducten speelden hier slim op in door hun verpakkingen als ‘discreet’ te bestempelen. Want de gedachte dat andere mensen doorhebben dat je een maandverbandje mee hebt, is natuurlijk verschrikkelijk. 

Het doorbreken van het taboe rondom menstruatie is helaas niet iets wat van de een op de andere dag mogelijk is. In het eerder gepubliceerde artikel kwam naar voren dat het taboe onder jonge kinderen nog altijd groot is. Het is dus van belang dat hier wat gebeurt; de jeugd is immers de toekomst. Gelukkig regent het de laatste jaren initiatieven om in ieder geval een poging te doen deel te zijn van de oplossing. Er zijn allerlei organisaties die zich inzetten om voor meer kennis te zorgen over dit onderwerp, middelbare scholieren -waarvan sommigen nooit goede voorlichting hebben gehad- gastlessen te geven of zelfs menstruatiesimulaties te doen samen met (mannelijke) docenten of werkgevers. 

Daarnaast worden er films gemaakt over menstruatie en andere hormonale veranderingen, zoals het recente ‘Turning Red’ van Pixar. Deze film kreeg naast veel enthousiaste reacties, ook veel kritiek van ouders die de film ‘ongemakkelijk’ vinden. En dan zijn er nog tentoonstellingen, kunstwerken, social media accounts en YouTube video’s als ‘de Menstruatie Challenge’ waarin het onderwerp ‘menstruatie’ niet wordt geschuwd. Praten over menstruatie-ervaringen lijkt in ieder geval goed te werken in het creëren van begrip en kennis. Menstrual Hygiene Day is daarom een mooi initiatief om de stigma’s te verbreken en tevens menstruatie-armoede aan te pakken. De organisatie wil dat menstruatie ‘normaal’ is in 2030. Of dat gaat lukken is de vraag natuurlijk, maar dat we in Europa zo langzamerhand de goede weg in zijn geslagen, dat staat vast. 

*We zijn ons ervan bewust dat niet iedereen die menstrueert zich identificeert als vrouw en dat niet alle vrouwen menstrueren. 

**Voor dit artikel zijn pseudoniemen gebruikt. De echte namen van de respondenten zijn bij de Nederlandse redactie bekend.

Sabine Herder doet een master Crisis and Security Management aan Universiteit Leiden met een specialisatie Intelligence and National Security. Hiervoor heeft ze een bachelor Liberal Arts and Sciences met een hoofdrichting in Internationale Betrekkingen gedaan.

Loes ter Horst doet de master Crisis and Security Management aan de Universiteit Leiden met een specialisatie in Governance of Crisis, nadat ze afgelopen zomer haar bachelor Liberal Arts and Sciences (hoofdrichting International Governance) behaalde. 

Anoek Zijderveld is afgestudeerd in politicologie en internationale betrekkingen. Hierin heeft zij zich gespecialiseerd in global policial economy en duurzaamheid. Momenteel volgt ze een traineeship binnen de publieke sector.

Beeld: Shutterstock

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *