Dierenwelzijn

Europa dierproefvrij, of toch niet?

Europa dierproefvrij, of niet?

Waarom niet alle cosmetica in Europa per definitie dierproefvrij is.

Mascara, scheerschuim, parfum, shampoo en tandpasta. Het lijkt een willekeurige opsomming van producten die menig persoon dagelijks gebruikt, maar helemaal willekeurig is het niet. Deze artikelen vallen samen met een tal van andere onder de noemer cosmetica. Waar men snel denkt aan enkel make-up als het gaat over cosmetica is de productgroep dus wel degelijk breder dan enkel dat. Kort gezegd zijn het dus artikelen voor de persoonlijke verzorging. Maar er is nog iets wat deze producten met elkaar gemeen hebben, namelijk de regelgeving die er bestaat rondom de productie van cosmetica. 

In dit artikel zal er meer uitgelegd worden over een klein stukje van die regelgeving, namelijk de regels die er bestaan rondom het testen van cosmetica en de gebruikte ingrediënten in deze producten. Een manier die voorheen veel gebruikt werd, is het testen van cosmetica ingrediënten en eindproducten op dieren. Vorige week kon je op de Engelse tak van deze website al lezen over het doel van de EU om dierproeven in de wetenschap aan banden te leggen. Het testen van cosmetica op dieren is inmiddels in de gehele Europese Unie verboden, maar sinds kort is gebleken dat de regelgeving niet altijd even goed wordt nageleefd. 

Het verbod op testen van cosmetica op dieren

Sinds 2004 is het in de gehele Europese Unie verboden om cosmeticaproducten te testen op dieren. Op het moment dat deze regelgeving in gebruik werd genomen ging het enkel om het eindproduct. De ingrediënten die samen jouw favoriete handcrème of luchtje vormen mochten in die samenstelling niet meer worden getest op dieren. Goed nieuws? Ja en nee, want voor de ingrediënten afzonderlijk van elkaar was het nog wel mogelijk deze te testen op dieren. Dit hield dus in dat wanneer er een ingrediënt werd gevonden dat een producent in bijvoorbeeld shampoo wilde gebruiken, deze afzonderlijk van de formule wel nog mocht worden getest op dieren. 

Deze loophole is sinds 2009 aan de hand van een nieuwe verordening rondom cosmetica gedicht. In november van dat jaar werd namelijk aan de hand van die verordening, specifiek EU-verordening EC 1223/2009, bepaald dat ook ingrediënten niet meer mochten worden getest op dieren als het doel was om ze daarna te gaan gebruiken in cosmeticaproducten. Vanaf 2009 ging er een overgangsperiode in waarin het voor producenten nog wel mogelijk was ingrediënten afzonderlijk te laten testen buiten de EU en deze vervolgens alsnog te gaan gebruiken in cosmeticaproducten die in de EU werden geproduceerd. Een voorbeeld hiervan zijn merken die ook in China hun producten verkopen. De regels in China liggen nogal anders dan in Europa, maar kort door de bocht gezegd zijn dierproeven daar op bijna alle geïmporteerde cosmeticaproducten verplicht. 

De eerder genoemde overgangsperiode die vanaf 2009 van kracht was, kwam tot een eind in 2013. Sinds dat jaar is het ook verboden om ingrediënten buiten de EU te laten testen op dieren en deze vervolgens te gebruiken in cosmeticaproducten geproduceerd binnen de EU. Daarnaast is er sinds 2013 ook een verbod op het op de markt brengen van cosmetica waarvan de ingrediënten op dieren zijn getest. Dit houdt dus in dat er helemaal geen producten in de EU meer verkocht mogen worden die op dieren zijn getest, ook niet als ze dus buiten de EU zijn geproduceerd. Dit heeft dus ook gevolgen voor merken die in landen zoals China hun producten verkopen. Zij moesten vanaf 2013 dus voor beide markten andere methodes gaan gebruiken. Strikt gezien zijn de producten van deze merken die in de EU verkocht worden dus dierproefvrij, maar wanneer je vanuit ethisch oogpunt enkel dierproefvrije cosmetica wilt gebruiken kun je ook deze bedrijven beschouwen als niet volledig dierproefvrij. 

Het dierproefverbod onder druk?

Door het totaalverbod dat sinds 2013 van kracht is in de Europese Unie lijkt het testen van cosmetica op dieren volledig te zijn verbannen, maar toch is er onrust rondom het verbod. Deze onrust ontstond al eind 2020 toen zowel het Animal-Free Safety Assessment Collaboration (AFSA) een statement uitbracht als toen meer dan 400 cosmeticabedrijven een maand later een open brief aan de Europese Commissie ondertekenden. In zowel het statement als de open brief wordt geclaimd dat het Europees Agentschap voor chemische stoffen (ECHA) aan de hand van REACH de Europese ban op het testen van cosmetica op dieren ondermijnt. Deze openbaring werd in het artikel van vorige week werd deze openbaring al kort genoemd, maar wat is er nou eigenlijk precies gaande achter de schermen bij het ECHA?

De claims die in de publicaties werden gedaan, werden in oktober 2021 verder bekrachtigd door een artikel gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Alternatives to Animal Experimentation (ALTEX). In dit artikel valt te lezen dat uit onderzoek is gebleken dat in de REACH database 3206 dossiers zijn gevonden van ingrediënten die zijn getest op dieren waarin wordt vermeld dat ze zouden worden gebruikt in cosmetica. Van dat aantal wordt in 419 gevallen vermeld dat het ingrediënt enkel wordt gebruikt voor cosmetica en weer 63 daarvan vermelden dat er gebruikt is gemaakt van in vivo testen, ofwel het testen van het ingrediënt op dieren. Deze dossiers dateren allemaal van ná het in kracht gaan van de eerder genoemde verordening 1223/2009. 

Over REACH heb je al eerder kunnen lezen op deze website in het artikel over het gebruik van schadelijke ingrediënten in cosmetica. Kort gezegd is REACH een regulering opgezet door het ECHA die is bedoeld om mens en milieu te beschermen tegen schadelijke stoffen. Vanuit REACH worden (chemische) ingrediënten getoetst voordat ze een goedkeuring kunnen krijgen om gebruikt te worden in bijvoorbeeld cosmetica. Wanneer een producent een nieuw ingrediënt wil gebruiken en deze heeft laten testen, is het dus REACH die vervolgens bepaalt of die test voldoende is om uit te sluiten dat de stof schadelijk is. 

In het geval van de 63 gevonden dossiers heeft REACH andere vormen van testen afgewezen en moest er gebruik worden gemaakt van dierproeven om te garanderen dat het specifieke ingrediënt niet schadelijk zou zijn voor mens en milieu. Wat de situatie nog grimmiger maakt is dat bij het gebruik van dierproeven voor deze 63 dossiers vervolgens niet is vermeld dat het ging om ingrediënten enkel gebruikt voor cosmetica, maar dat enkel is vermeld dat het vanuit wetgeving voor industriële chemicaliën is uitgevoerd. Dit betekent dus dat de producten die deze ingrediënten bevatten worden verkocht als producten die niet op dieren zijn getest, maar dit in werkelijkheid wel zijn, waardoor de consument dus in feite misleid wordt. 

Roep om naleving van de regels

Het eerder genoemde statement en de open brief zijn al twee voorbeelden van instanties die zich uitspreken tegen het omzeilen van de door de EU opgestelde regels rondom dierproeven, maar daar is het niet bij gebleven. Eind vorig jaar bundelden twee grote spelers in de cosmetica-industrie, namelijk Dove en The Body Shop, hun krachten in een campagne genaamd Save Cruelty Free Cosmetics waarin ze het Europese volk oproepen om zich uit te spreken tegen de huidige situatie waarin de ECHA zich niet aan de regels houdt. Ook dierenbelangenorganisaties zoals PETA en Cruelty Free Europe hebben meegeholpen binnen de campagne. 

Een onderdeel van deze campagne is een petitie die is opgezet om, wanneer behaald, aan te dragen aan de Europese Commissie. In de petitie wordt de Europese Commissie opgeroepen om het verbod op dierproeven voor cosmetische producten te beschermen en versterken, de EU-wetgeving rondom chemische stoffen aan te passen zodat dierproeven niet als enige uitweg worden gezien en om een routekaart te creëren met als doel om de wetenschap in de EU volledig onafhankelijk te maken van dierproeven. 

Het laatste punt waar Save Cruelty Free Cosmetics de Europese Commissie op wijst is iets waar de EU al in 2018 een uitspraak over deed. Het Europees Parlement nam toen een resolutie aan die oproept tot een wereldwijd verbod op dierproeven voor cosmetica en wel vóór 2023, volgend jaar dus. In de resolutie wordt vermeld dat het progressieve beleid van de EU rondom dierproeven voor cosmetica de cosmetica-industrie in de EU niet heeft doen krimpen of heeft beperkt. Daarmee roept de EU op tot een internationale conventie te lanceren in VN-verband om zo dierproeven voor cosmeticaproducten zoveel mogelijk uit te bannen. 

Conflicterend beleid?

De roep om een dierproefvrije wereld is groot en de EU heeft met haar beleid rondom dierproeven en cosmetica laten zien dat het ook zonder kan. Toch blijkt dus dat de regels niet worden nageleefd door ECHA en REACH. Dit maakt het Europese beleid nogal conflicterend. Aan de ene kant is er dus vanuit de EU een sterke wil om dierproeven volledig uit te bannen. Het gaat hier dan niet alleen maar om dierproeven voor cosmetica, maar dus ook voor wetenschappelijke doeleinden zoals bijvoorbeeld het testen van medicijnen

Aan de andere kant werd in oktober 2020 door de Europese Commissie een nieuwe duurzaamheidsstrategie voor chemische stoffen aangenomen. Deze strategie, die op zichzelf weer een belangrijke stap is binnen de doelstelling van de Green Deal om vervuiling van het milieu tot nul te brengen, onderschrijft dat het systematisch toepassen van dierproeven voor chemische stoffen nog steeds noodzakelijk is. Toch wordt in deze strategie ook benoemd dat ook wat betreft chemische stoffen de alternatieve testmethodes verder onderzocht en verbeterd moeten worden om dierproeven minder noodzakelijk te maken.  

Op dit moment is het dus  vooral aan het Europees Agentschap voor chemische stoffen om veranderingen in de gang van zaken in te brengen als het zich aan de regels rondom dierproeven voor cosmetica wil gaan houden. Toch wordt zowel in het artikel in ALTEX als door Save Cruelty Free Cosmetics onderschreven dat het aannemelijk is dat er meer dierproeven geëist gaan worden voor ingrediënten bedoeld voor gebruik in cosmeticaproducten vanuit ECHA als alternatieve testmethodes vanuit REACH worden afgewezen. Dit terwijl de alternatieve methoden voor het testen van ingrediënten door het Europees Parlement juist worden neergezet als de manier die wereldwijd leidend moet worden in het testen van cosmetica. Twee idealen, namelijk het nastreven van de doelstellingen van de Green Deal en de wil van de EU om dierproeven binnen aanzienlijke tijd zoveel mogelijk uit te bannen, zijn in dit geval dus tegenover elkaar komen te staan. Het versnellen van de eerder genoemde onderzoeken rondom het verbeteren van alternatieve testmethodes zou een uitkomst kunnen bieden in het gelijk nastreven van beide idealen.

Esmee Slutter heeft Geschiedenis gestudeerd aan de Radboud Universiteit en heeft zich gespecialiseerd in Europese culturele geschiedenis. Op het moment is ze bezig met het behalen van haar bachelor in Russische Studies aan de Universiteit Leiden.

Beeld: Shutterstock

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *