Gezondheid

Power to the Period Poor

Period Poverty

Waarom menstruatiearmoede geen ver-van-je-bedshow is.

Op 6 december 2022 nam de Tweede Kamer een motie aan om gratis menstruatieproducten te verstrekken aan mensen in Nederland met een laag inkomen. In 2023 wordt twee miljoen euro extra uitgetrokken voor de bestrijding van menstruatiearmoede. De belofte van gratis menstruatieproducten is een eerste stap naar nationale wetgeving om menstruatiearmoede in Nederland aan te pakken. Het probleem van menstruatiearmoede verscheen in 2019 pas echt in het publieke debat nadat rapporten van Plan International en De Bovengrondse verschenen, waarin de omvang van menstruatiearmoede en problemen als schaamte rond dit onderwerp werden blootgelegd. In de jaren daarna kreeg menstruatiearmoede enige aandacht, maar tot nu toe was er in Nederland geen nationale poging om het aan te pakken. Mensen die het slachtoffer zijn van menstruatiearmoede waren voorheen vaak afhankelijk van non-profitorganisaties of van een handvol gemeenten die het probleem uit zichzelf al aanpakten.

In dit artikel wordt menstruatiearmoede en -schaamte in de Nederlandse context besproken door uit te leggen wat het precies inhoudt en wat de mogelijkheden voor nationale wetgeving zijn. Eerder publiceerden we al een serie over de taboes rond menstruatie. In dit artikel gaan we dieper in op menstruatiearmoede, waarbij we vooral kijken naar nationale wetgeving en de wisselwerking met het maatschappelijk middenveld. De voor- en nadelen van nationale wetgeving voor gratis menstruatieproducten worden besproken, net als de invloed van het maatschappelijk middenveld op nationale wetgeving voor menstruatiearmoede.

Menstruatiearmoede en -schaamte in Nederland

Menstruatiearmoede kan worden gedefinieerd als het gebrek aan toegang tot middelen voor menstruele hygiëne. Zo kun je denk aan toiletten of reinigingsfaciliteiten, algemene menstruatievoorlichting of -informatie, en menstruatieproducten zoals tampons en maandverband. Slachtoffers van menstruatiearmoede lopen gezondheidsrisico’s en worden geconfronteerd met sociale uitsluiting en isolement. Onvoldoende toegang tot de juiste middelen kan leiden tot infecties aan de voortplantingsorganen en een gebrek aan kennis kan zelfs bijdragen tot ongewenste zwangerschappen. De stress en schaamte die gepaard gaan met menstruatie kunnen ook een negatieve invloed hebben op de geestelijke gezondheid. Bovendien kan menstruatie de mobiliteit beperken; mensen die menstrueren kunnen openbare plaatsen mijden en in plaats daarvan thuis blijven. Dit heeft een negatieve invloed op aanwezigheid op werk en school, of deelname aan andere delen van de samenleving.

Om menstruatiearmoede en de oorzaken ervan te begrijpen, moeten we rekening houden met de sociaal-culturele context. In veel culturen heeft ongesteldheid altijd een zeer symbolische waarde gehad. Het wordt vaak gezien als een viering van vrouwelijkheid en vruchtbaarheid. Praten over menstruatie kan zelfs versterkend werken voor zij die hun vrouwelijke identiteit willen omarmen. Toch is het onderwerp in veel culturen nog erg mysterieus. Menstruatie is voor velen een verre van positief en empowering symbool: het is juist meestal een taboe. Door gevoelens van schaamte en gêne wordt de menstruatie gezien als iets dat moet worden verborgen, wat het moeilijk maakt om problemen in verband met de gezondheid van de menstruatie aan te pakken. In de context van westerse samenlevingen ervaart één op de twee vrouwen period shaming. Ze krijgen te horen dat ze er “emotioneel onvoorspelbaar” van worden en menstruaties worden bovendien gezien als vies, onrein of privé. Er bestaat geen blauwdruk om het stigma te doorbreken, de bestrijding van menstruatiearmoede moet worden afgestemd op de specifieke behoeften van de doelgroep en overgeneralisering van menstruatietaboes vermijden. 

Bij menstruatiearmoede gaat het niet alleen om de beschikbaarheid en betaalbaarheid van menstruatieproducten. Onderwijs en reproductieve zorg zijn ook een noodzaak in de strijd tegen menstruatiearmoede. De mogelijkheden om menstruatiearmoede aan te pakken door de toegang tot menstruatieproducten, onderwijs en reproductieve zorg te verbeteren, worden echter beïnvloed door de taboes rond menstruatie. Het stigma moet eerst doorbroken worden, willen deze oplossingen overwogen worden. 

Uit het rapport van Plan International blijkt dat meisjes in Nederland negatieve gevolgen ondervinden van menstruatie. Ze missen kennis over menstrueren, worden uitgesloten van delen van de samenleving en ervaren negatieve gevoelens ten aanzien van hun menstruatie. Dertig procent van de deelnemers dacht ten onrechte dat ze niet zwanger konden worden tijdens hun menstruatie, waardoor ze het risico lopen op ongewenste zwangerschappen. Bovendien gaven vier van de tien meisjes en vrouwen tussen 12 en 25 jaar aan dat zij school of werk hadden gemist vanwege hun menstruatie. Dit ging gepaard met de bekentenis dat bijna de helft van de deelnemers zich “vies” voelde tijdens de menstruatie, een gevoel dat een cultuur van schaamte benadrukt en de volledige deelname van de meisjes aan de samenleving verder beperkt.

Taboes en stigma’s zijn vooral hardnekkig voor transgender en non-binaire personen. Als we doeltreffende en inclusieve oplossingen willen creëren, moeten we daarom rekening houden met zowel de stigma’s van menstruatie en armoede als met de LHTBQ+-gemeenschap, bijvoorbeeld door meer genderneutrale toiletten in te richten en genderinclusieve taal te gebruiken. Oplossingen voor problemen in verband met menstruatiearmoede moeten ook gelden voor trans- en non-binaire personen, aangezien hun menstruatie extra wordt gestigmatiseerd. Nederlandse rapporten van Plan International, De Bovengrondse en de FNV verwijzen nog steeds naar vrouwen en meisjes, waarbij sommige in een voetnoot toevoegen dat trans- en non-binaire mensen ook kunnen menstrueren. 

Toch worden de termen vrouwen en meisjes overwegend gebruikt, met als argument dat het de “leesbaarheid” van de rapporten vergroot. Dit terwijl termen als “mensen die menstrueren” of menstruator, dat vaak in het Engels voorkomt, gebruikt kunnen worden in plaats van vast te houden aan trans-exclusieve termen. Het gebruik van deze termen doet geen afbreuk aan de leesbaarheid van het rapport en juist leidt tot een grotere inclusie van alle mensen die te maken hebben met menstruatiearmoede. Hetzelfde argument voor het opnemen van minderheidsgroepen kan worden gemaakt voor mensen met een niet-Nederlandse culturele achtergrond die menstrueren. Ook zij hebben namelijk te maken met extra stigma binnen hun gemeenschap in Nederland. 

Betaalbaarheid vergroten en bewustzijn creëren

Mensen die in armoede leven hebben te maken met financiële problemen, bedreigingen voor hun seksuele, reproductieve en mentale gezondheid, ongelijkheid en nog veel meer. De verzorgingsstaat heeft de verantwoordelijkheid om deze problemen aan te pakken, en maatschappelijke organisaties en sociale mobilisatie kunnen bijdragen door focus aan te brengen en verantwoording af te leggen.

Het ontwikkelingsdenken is steeds meer gericht op het vergroten van de vrijheden en mogelijkheden van mensen in plaats van alleen op economische groei. Periodieke armoede belemmert daarom belangrijke aspecten van ontwikkeling, vanwege belemmeringen op het gebied van gezondheid, mobiliteit, werk en onderwijs. Door ons bewust te zijn van deze kwesties kunnen we menstruatiearmoede in hoge-inkomenslanden beoordelen. Dit verschijnsel zou anders misschien worden afgeschreven  als onbeduidend vanwege het hoge gemiddelde inkomensniveau.

Het voorstel van de Nederlandse regering voor gratis menstruatieproducten bij uitdeelpunten van hulporganisaties, zoals de Voedselbank, het Armoedefonds of het Rode Kruis, biedt verschillende voordelen. Nationale wetgeving kan menstruatie betaalbaar maken voor mensen in nood en voorkomen dat mensen hun toevlucht moeten nemen tot oplossingen die gezondheidsproblemen kunnen veroorzaken. Bovendien draagt nationale wetgeving bij tot de zichtbaarheid van menstruatiearmoede door politieke wil te tonen, beleidskaders te creëren en middelen toe te wijzen. Wetgeving over menstruatiearmoede kan de bal aan het rollen brengen: zij vestigt de aandacht op voorlichting over menstruele gezondheid en toegang tot sanitaire voorzieningen en stelt tegelijkertijd de sociale normen en stigma’s rond menstruatiearmoede ter discussie.

Beperkte distributie en oneerlijke verantwoordelijkheden

Hoewel het een stap in de goede richting is, heeft het plan van de Nederlandse overheid nog steeds enkele beperkingen. Door zich alleen te richten op de allerarmsten via instellingen als de Voedselbank, het Armoedefonds en het Rode Kruis, kunnen sommigen mogelijk nog steeds geen toegang krijgen tot hulp. Sommige mensen kunnen hun baan en de zorg voor hun kinderen niet combineren met een bezoek aan de afhaalpunten. Strikte toelatingscriteria en beperkte voorraden bij de distributiepunten kunnen de toegang tot menstruatieproducten verder belemmeren. Door zich te richten op de armsten via instellingen als de Voedselbank, het Armoedefonds en het Rode Kruis in plaats van iedereen gratis producten aan te bieden, kunnen mensen toch door de mazen van het sociale vangnet glippen, omdat zij geen toegang hebben tot de ruimtes waar hulp wordt geboden. Als het doel is de armsten te helpen, moeten menstruatieproducten breder en met minder beperkingen toegankelijk worden gemaakt.

Hoewel herbruikbare alternatieven zoals menstruatiecups populair zijn geworden vanwege hun duurzaamheid, is de distributie ervan problematisch. Veel mensen, waaronder daklozen, beschikken niet over de sanitaire voorzieningen die nodig zijn om de cups schoon te maken. Daarnaast kunnen culturele taboes, vooral bij vrouwen met een niet-Nederlandse achtergrond, ongemak veroorzaken en het gebruik van cups belemmeren. Ook vinden sommige mensen die menstrueren cups fysiek ongemakkelijk, waardoor het geen gepaste oplossing is voor iedereen.

Bovendien hebben mensen die onder de armoedegrens leven over het algemeen een lage consumptie en gebrek aan mogelijkheden als het gaat om duurzame keuzes. Klimaatonderhandelingen weerspiegelen de ongelijke mondiale machtsdynamiek, waarbij vrouwen en armen vrijwel geen macht hebben in het debat. De verantwoordelijkheid voor duurzaamheid leggen bij de slachtoffers van menstruatiearmoede is daarom oneerlijk. Als we herbruikbare menstruatieproducten zoals menstruatiecups willen verspreiden, moeten we eerst de toegang tot sanitaire voorzieningen, voorlichting over menstruele gezondheid en de stigma’s rond menstruatie aanpakken. Tot die tijd moeten mensen die in menstruatiearmoede leven producten kunnen krijgen die aan hun behoeften voldoen.

Nationale wetgeving en maatschappelijke organisaties: een recept voor succes?

Schotland was het eerste land dat gratis menstruatieproducten beschikbaar stelde voor iedereen, niet alleen voor de armsten. Dit verbetert de toegankelijkheid van menstruatieproducten en vermindert barrières voor mensen in nood, waaronder gestigmatiseerde en gemarginaliseerde groepen zoals trans- en non-binaire mensen. Nationale wetgeving is dus een cruciale stap in de aanpak van menstruatiearmoede, door de problemen ervan op grote schaal aan te pakken, taboes te doorbreken en de schaamte rond menstruatie aan te pakken.

Particuliere initiatieven zijn weliswaar noodzakelijk bij de overgang naar nationale wetgeving, ze benadrukken tevens het falen van de verzorgingsstaat om mensen in armoede te ondersteunen. Tegelijkertijd speelt het maatschappelijk middenveld, als actor die bemiddelt tussen de staat, de markt en maatschappelijke actoren en belangen, een belangrijke rol bij het bepleiten van beleid tegen menstruatiearmoede, Het maatschappelijk middenveld wordt in verband gebracht met institutionalisering, partnerschaps- en alliantievorming, verantwoordingsplicht, empowerment en integratie, bescherming, en informatie en communicatie. Vanwege de positie van het maatschappelijk middenveld buiten de staat kan het kritisch inzicht verschaffen in het beleid inzake menstruatiearmoede, de regering ter verantwoording roepen en de tekortkomingen van het beleid tegen menstruatiearmoede belichten.

Alleen vertrouwen op het maatschappelijk middenveld is echter geen adequate oplossing. Het kan zowel hulp bieden als gebreken in het systeem verbergen. Door gratis menstruatieproducten te verstrekken, ontnemen maatschappelijke organisaties gedeeltelijk de verantwoordelijkheid van de verzorgingsstaat voor een goed werkend gezondheidszorgsysteem. Burgerorganisaties moeten een kritische houding aannemen tegenover de structurele oorzaken van menstruatiearmoede, waaronder gebreken in het welzijnssysteem. 

Hoewel Nederland een grotendeels functionerend welvaartsstelsel heeft, heeft het nog steeds te maken met ernstige complicaties bij de aanpak van menstruatiearmoede. Net als in lage-inkomenslanden lopen organisaties en bewegingen in Nederland het risico te worden opgeslokt door de staat om welzijn te leveren zonder controle of eisen tot verantwoording. Bovendien is het maatschappelijk middenveld zelf een betwiste ruimte waar minderheden met veel uitdagingen kunnen worden geconfronteerd, zodat een kritische houding vereist is als het gaat over de inclusiviteit van de menstruatiearmoedebeweging.

Armoede als kernprobleem in hoge-inkomenslanden

Het is duidelijk dat menstruatiearmoede een probleem is dat nog steeds veel voorkomt in hoge-inkomenslanden. Met de huidige energiecrisis en de duizelingwekkende inflatie, is het probleem in Europa zelfs aanzienlijk toegenomen. Het voorbeeld van het Nederlandse voorstel om gratis menstruatieproducten te verstrekken aan mensen met een laag inkomen toont aan dat er een politieke wil is om menstruatiearmoede aan te pakken. Dit is een stap vooruit, omdat het degenen die in financiële nood verkeren in staat stelt toegang te krijgen tot menstruatieproducten en een betere menstruele gezondheid te hebben. De toetreding van deze kwestie tot het politieke debat helpt ook om het stigma en de gevoelens van schaamte rond menstruatiearmoede te bestrijden door het bewustzijn te vergroten. In hoge-inkomenslanden als Nederland wordt de ernst van armoede vaak ontkend vanwege het dubbele stigma op menstruatie en armoede, wat de aanpak van menstruatiearmoede nog moeilijker maakt.

Hoewel de verstrekking van menstruatieproducten een teken van vooruitgang is, blijven veel aspecten van menstruatiearmoede onbelicht. Als we ons alleen richten op degenen die in armoede leven, kunnen we in feite barrières opwerpen voor degenen die hulp nodig hebben. Het zoveel mogelijk verlagen van barrières door iedereen menstruatiemiddelen aan te bieden zou hiervoor een oplossing kunnen zijn. Bovendien is er behoefte aan meer voorlichting over menstruele gezondheid, nadruk op culturele diversiteit en het betrekken van minderheden zoals transpersonen en non-binaire personen bij oplossingen voor menstruatiearmoede. Daarom zal het maatschappelijk middenveld een essentiële rol blijven spelen door bewustmaking en verantwoording in interactie met de staat. Daarnaast kan politieke aandacht voor menstruatiearmoede van internationale instellingen zoals de EU dit streven naar bewustwording en verantwoording in lidstaten met een hoog inkomen verder aanmoedigen.

Menstruatiearmoede is een symptoom van armoede als groter probleem en Nederland is lang niet het enige hoge-inkomensland dat hiermee worstelt. Dus hoewel het belangrijk is om ervoor te zorgen dat mensen toegang hebben tot menstruatieproducten, moeten we niet vergeten dat tegelijkertijd veel mensen in hoge-inkomenslanden zoals Nederland nog steeds onder de armoedegrens proberen te overleven. Omdat ze zich nauwelijks voedsel kunnen veroorloven, worden menstruatieproducten een luxeproduct terwijl ze eigenlijk een basisbehoefte zijn. Zolang het welzijnssysteem er niet in slaagt de diepgewortelde oorzaken van armoede aan te pakken, blijven collectieve inspanningen om mensen in nood te voorzien van menstruatieproducten een noodzakelijke stap naar het uitbannen van menstruatiearmoede.

Luna Verbaas is een bachelor student Liberal Arts and Sciences aan de Universiteit Utrecht met een specialisatie in Internationale Betrekkingen in Historisch Perspectief en Filosofie, Politiek en Maatschappij.

Beeld: Shutterstock