Politieke Partijen en Bewegingen

Rechts-nationalisme in Zweden en Italië deel I: hoe twee verschillende landen meer op elkaar lijken dan gedacht

De opkomst van rechts-nationalisme in Zweden en Italië onder de loep genomen.

Zweden en Italië. Twee landen die, zo op het oog, vrij weinig met elkaar gemeen hebben. Toch blijkt nu dat Zweden en Italië iets meer overeenkomsten hebben dan gedacht – in ieder geval op maatschappelijk en politiek vlak. Waar Zweden altijd bekend stond als een sociaaldemocratisch land en Italië als politiek fluctuerend land waar de laatste jaren (rechtse) onafhankelijke partijen en centrumdemocraten de dienst uitmaakten, heeft rechts-nationalisme nu in beide landen terrein gewonnen tijdens de afgelopen verkiezingen. 

Rechts-nationalisme is in opkomst in Europa, of misschien zelfs terug van (nooit) weggeweest. Deze ideologie combineert rechtseconomische ideeën met nationalisme, wat het eigen volk als uitgangspunt neemt. In dit artikel, het eerste deel  van een tweeluik over de opkomst van rechts-nationalisme, lees je daarom over hoe rechts-nationalisme is gegroeid in Zweden en Italië gedurende de afgelopen verkiezingen. Er wordt ingezoomd op de Zweedse en Italiaanse verkiezingen, waarna de overkoepelende verkiezingsthema’s verder worden uitgelicht en vergeleken. Hierbij ligt de nadruk op migratie en (de gevolgen van) de oorlog in Oekraïne. Het tweede deel van het tweeluik, dat later later deze week online komt, zal vervolgens onderzoeken welke mogelijke verklaringen er zijn voor het opkomende rechts-nationalisme in Europa, met Zweden en Italië opnieuw als case studies. 

De Zweedse en Italiaanse verkiezingen

Riksdagvalet 2022: de Zweedse verkiezingen

‘Rechts aan zet na politieke aardverschuiving in Zweden’, kopte de NOS op donderdag 15 september 2022. Het rechtse blok won namelijk de landelijke verkiezingen, die een paar dagen daarvoor op 11 september plaatsvonden, met als resultaat dat zij het land de komende jaren zullen regeren. De verkiezingen bleken vooral een strijd tussen enerzijds Sveriges Socialdemokratiska Arbetareparti (Sociaaldemocratische arbeiderspartij, kortweg S) onder leiding van de tot dan zittende premier Magdalena Andersson en anderzijds de rechts-nationalistische partij Sverigedemokraterna (De Zweden-democraten, kortweg SD) onder leiding van Jimmie Åkesson. Naast deze twee partijen konden de Zweden nog kiezen uit 77 (!) andere partijen, waarvan er zes serieuze kandidaten waren om (veel) zetels te behalen. 

Bijzonder aan Zweden is dat er een officieus blokkensysteem geldt. Hoewel niet vastgelegd in de wetgeving, geven politieke partijen van te voren al aan met welk van de twee blokken ze eventueel mee zouden willen regeren: met het linkse blok ‘roodgroenen’ of met het rechtse blok ‘de alliantie’. Het is niet zo dat partijen na de verkiezingen ook daadwerkelijk moeten regeren als hun blok wint, maar ze moeten wel van te voren kleur bekennen. In Zweden waren de twee potentiële coalities dus al bekend voordat er daadwerkelijk was gestemd. S, de partij van oud-premier Andersson, is aangesloten bij het linkse blok, samen met de partijen Vänsterpartiet (socialistisch, feministisch), Miljöpartiet (groen, links) en Centerpartiet (een van oorsprong agrarische centrumpartij). SD zit in het rechterblok, samen met de Moderata samlingspartiet (Gematigde Uniepartij, kortweg M), de Kristdemokraterna (Christendemocraten) en Liberalerna (liberalisme). 

Bij de verkiezingen van 2022 behaalde S 30,3% van de stemmen en SD 20,5%. Ondanks het feit dat de Sociaaldemocraten dus de grootste partij van het land zijn geworden, heeft het rechterblok ‘de alliantie’ de verkiezingen nipt gewonnen met 49,7 (176 zetels) tegenover 48,9 procent (173 zetels) van de stemmen. Om deze reden zal de grootste partij dus niet in de regering komen en tevens niet de premier leveren. Nadat op 14 september de uitslag bekend werd gemaakt, kondigde voormalig premier Andersson daarop meteen haar ontslag aan. SD is na S de grootste partij is geworden in Zweden en de grootste partij is in het rechterblok. Hun verleden met leden met neonazistische denkbeelden zorgt er echter voor dat andere partijen, ook uit het rechtse blok, partijleider Åkesson niet als premier wilden accepteren. Daarom nam Kristersson, leider van de derde grootste partij de Gematigden, de leiding in het vormen van een nieuwe regering. Op 14 november werd uiteindelijk de daadwerkelijke nieuwe coalitie bekendgemaakt. SD zal geen onderdeel van de coalitie gaan uitmaken, maar verleent gedoogsteun aan een minderheidskabinet dat bestaat uit de andere partijen van het rechterblok: de Gematigden, de Christendemocraten en de Liberalen. 

Elezioni politiche in Italia del 2022: de Italiaanse verkiezingen

De verkiezingen in Italië werden vervroegd nadat de Vijfsterrenbeweging, een centrum-linkse partij die zich profileert als anti-establishment (‘tegen de gevestigde orde’),  hun steun voor het kabinet Draghi introk. Al snel gingen de ogen één kant op, en wel die van Giorgia Meloni, leider van de partij Fratelli d’Italia (Broeders van Italië). Deze rechts-nationalistische partij was de laatste maanden de enige partij in de oppositie van Italië en had hierdoor tevens als enige de positie om kritiek te kunnen leveren op de regering Draghi. Fratelli d’Italia was tijdens de verkiezingen in 2022 aangesloten bij een rechts blok, samen met nog enkele andere partijen. Gezamenlijk ontving dit blok 44% van de stemmen en Fratelli d’Italia zelf 26 procent. Fratelli d’Italia is daarmee de duidelijke winnaar van deze verkiezingen. Italië krijgt zo de eerste vrouwelijke premier ooit en bovendien de eerste uiterst rechtse coalitie sinds jaren. 

Inmiddels is duidelijk wat de coalitiepartners van Fratelli d’Italia worden; enerzijds de rechts-nationalistische partij Lega, geleid door Matteo Salvini, en anderzijds de partij Forza Italia, van Silvio Berlusconi – een bekende naam binnen en buiten Italië. Berlusconi is inmiddels 86 jaar oud en was eerder drie keer premier van Italië. Hij is niet onomstreden, gezien de schandalen rondom corruptie, belastingfraude, persvrijheid, vrijheid van meningsuiting, machtsmisbruik, het mogelijk aanzetten van een minderjarige tot prostitutie en zijn aanwezigheid bij ‘Bunga bunga-seksfeesten’. Ongeveer tien jaar geleden kreeg Berlusconi een verbod om ooit nog een openbaar ambt te bekleden in verband met een veroordeling wegens belastingsfraude. Maar, zoals de Vlaamse nieuwswebsite HLN.be het goed verwoord: “Berlusconi, die van persoonlijke comebacks al drie decennialang zijn handelsmerk maakt […]”, wordt telkens toch vrijgesproken in een hoger beroep en is ook nu weer terug. Zijn partij neemt nu dus opnieuw deel aan de nieuwe regering.

Verkiezingsthematiek 

Migratie, bendegeweld en de traditionele familie in het nauw: een gevaar voor de natie

Het valt op dat in zowel Zweden als Italië vergelijkbare thema’s de verkiezingen domineerden. Migratie is altijd een belangrijk thema geweest voor rechts-nationalistische partijen. Dit is niet verwonderlijk wanneer je in overweging neemt dat migratie als verkiezingsthema een manier is om kiezers te werven. In het migratiedebat doen rechts-nationalistische partijen een beroep op een gevoel van collectiviteit en nationale identiteit. Er is hier sprake van een politics of belonging (politiek van erbij horen). Het creëren van een nationale identiteit hangt niet alleen af van het zoeken naar een gezamenlijke identiteit, maar de creatie van deze identiteit sluit tegelijkertijd bepaalde mensen en groepen uit. Daarbij worden migranten (de out-group) geprojecteerd als een bedreiging voor de nationale eenheid die rechts-nationalistische partijen proberen te cultiveren voor de inwoners van een land zonder migratieachtergrond (in-group) . 

SD heeft als doel zoveel mogelijk migranten terug te sturen naar hun land van herkomst en de toestroom van asielzoekers naar Zweden stoppen. Daarbij gaat de rechts-nationalistische ideologie gepaard met een gevoel van trots voor eigen land en cultuur. Migranten die niet volledig integreren in hun visie van de Zweedse cultuur vormen daarom een bedreiging voor de maatschappij in hun ogen. Daarnaast wordt ook het buiten de deur houden van terrorisme en het aanpakken van bendegeweld aangehaald als argument, wat migranten niet alleen portretteert als bedreiging voor de nationale cultuur, maar ook voor nationale veiligheid. Door de sterke segregatie in Zweden groeien veel jongeren met een migratieachtergrond op in achterstandswijken. Ze krijgen te maken met taalachterstanden, armoede en slechte scholing. Er zijn weinig kansen voor deze jongeren, waardoor ze makkelijker ten prooi vallen aan bendes om zo geld te kunnen verdienen in de drugshandel. Rivaliserende bendes, in Stockholm alleen zijn dit er al zestig, proberen monopolies te behouden met moordpartijen tot gevolg. Geschat wordt dat er eind 2022 ongeveer 75 mensen zijn omgekomen door schietpartijen voortkomend uit bendegeweld. Met dit schrikbarend hoge aantal behoort Zweden helaas tot de top van Europa.

Ook in Italië geldt dat het migratiedebat wordt aangehaald om nationale eenheid te versterken. In het partijprogramma van Fratelli d’Italia wordt onder andere de nadruk gelegd op de negatieve effecten van illegale migratie. Dit is zeker in Italië een relevant vraagstuk door de ligging aan de Mediterraanse zee, waar veel immigranten Europa binnenkomen. Net als SD ziet Meloni islamitisch fundamentalisme als een bedreiging. Illegale immigratie wordt verder geschetst als een bedreiging voor de nationale veiligheid vanwege de groei van criminaliteit en geweld. Criminaliteit en geweld worden door Meloni gelinkt aan migratie, de maffia en aan extremistische groeperingen, zoals de extreemlinkse terroristische organisatie Brigate Rosse (Rode Brigades) en extremistische anarchisten. Deze laatste groeperingen waren betrokken bij een aantal gewelddadige incidenten en doodsbedreigingen van politici in het rechterblok. 

Net als in Zweden speelde bendegeweld ook in Italië een belangrijke rol in de verkiezingen. Voor het rechterblok is dit thema niet alleen belangrijk omdat het de samenleving verstoort, maar ook omdat het een directe invloed heeft op de politiek. Politici in het rechterblok zijn al jarenlang slachtoffer van doodsbedreigingen door de Italiaanse maffia. In de aanloop naar de afgelopen verkiezingen vonden er meerdere gewelddadige incidenten plaats. Zo werd Francesco Cannizzaro, afgevaardigde van Berlusconi’s Forza Italia, beschoten tijdens een bijeenkomst in Reggio Calabria en ontving Meloni doodsbedreigingen van de extreemlinkse terroristische organisatie Rode Brigades. Geweld door extreemlinkse organisaties, zoals de Rode Brigades maar ook door extremistische anarchisten, werd door het rechterblok beantwoord met een roep om solidariteit. Tegelijkertijd gaf het de partijen munitie om het linkerblok te veroordelen wanneer deze niet direct hun solidariteit verklaarden.

Zowel in Italië als in Zweden worden traditionele familiewaarden door de rechts-nationalistische partijen gezien als het fundament van de natie. Volgens Fratelli d’Italia zijn Italiaanse families van belang om het land te beschermen. De familie als sociale instelling staat er onder druk door het lage geboortecijfer, wat samen met Spanje het laagste van Europa is. De partij is daarom tegen abortus en tevens voor een verbod op adoptie en surrogaatschap door homoseksuele koppels. Wat dat betreft is het rechtse blok in Zweden minder conservatief. Het gezin wordt gezien als belangrijk, maar de SD pleit onder andere voor meer vaderschapsdagen, bescherming van de LHBTIQ+-gemeenschap en is niet tegen abortus of euthanasie. De partij zegt dat Zweden een voorloper is als het gaat om het recht van alle mensen op seksuele integriteit en vrijheid, maar ziet migratie, en specifiek de Islam, als een bedreiger hiervan. 

De oorlog in Oekraïne, de energiecrisis en inflatie

Problemen die in heel Europa spelen, zoals de energiecrisis en inflatie, waren eveneens belangrijke onderwerpen tijdens de afgelopen verkiezingen in Italië en Zweden. Opvallend is dat de oorlog in Oekraïne als losstaand thema (energiecrisis niet meegenomen dus) amper invloed heeft gehad op de beide verkiezingen, zelfs in Zweden waar men zich al jaren hard maakt voor de aanpak van de Russische dreiging. Dat Zweden hoogstwaarschijnlijk lid wordt van de NAVO is ook iets dat bij de verkiezingen niet besproken werd. Tijdens verkiezingsdebatten was het Zweedse veiligheidsbeleid geen centraal thema. Er wordt gedacht dat de reden voor het ontbreken van dit thema is dat de oorlog in Oekraïne de meeste Zweden niet direct raakt. Dit in contrast met andere thema’s als de hoge energierekeningen of bendegeweld. Nadat het besluit was genomen dat Zweden wilde toetreden tot de NAVO, nam daarom de interesse in het veiligheidsbeleid af. Daarnaast lijkt het erop dat de Turkse eisen voor de Zweedse NAVO-aanvraag, namelijk de uitlevering van een aantal Koerden, een pijnlijk puntje is voor de Zweedse politici. Politici van de vorige coalitie, hebben het thema daarom wellicht bewust negeert. De nieuwe coalitie liet echter weten Turkije tegemoet te komen door afstand te nemen van de Koerdische militie YPG. 

Ook in Italië was niet de oorlog zelf, maar de problemen die hier mede uit voortkomen een belangrijk thema tijdens de verkiezingen. De focus ligt in beide landen dus op de economische gevolgen van de oorlog. Hoewel het Zweedse debat over torenhoge energie- en gasprijzen en inflatie ondergeschikt was aan thema’s als immigratie en criminaliteit, heeft deze ontwikkeling wel degelijk een grote invloed op de dagelijkse levens van Zweedse burgers. Dit was een klap voor de groene Miljöpartiet, die kiezers verloor doordat de aanpak van hoge energieprijzen voor velen urgenter was dan groen beleid. Ook in Italië worstelen burgers met de hoge energiekosten. In plaats van het limiteren van energie- en gasconsumptie legde Meloni in haar campagne de nadruk op een Europees prijsplafond voor Russisch gas en financiële steun voor gezinnen om zo de energiekosten voor de burgers te kunnen drukken. Zo’n prijsplafond heeft echter veel haken en ogen, waaronder de destabiliserende werking op de markt. Het is daarom tot nu toe nog geen werkelijkheid geworden.

Zweden hoort bij Europa’s meest welvarende landen. Toch zijn ook in dit land de zorgen over de inflatie groot. Rond de verkiezingen waren de boterprijzen bijvoorbeeld 25% gestegen, vleesprijzen 24% en kaasprijzen 22%. Steeds meer mensen, waaronder inmiddels ook mensen uit met middenklasse, kunnen hun boodschappen niet meer betalen – laat staan benzine, kleding, contributie voor de sportschool of muziekles. Gedurende de verkiezingen kwamen zowel het Zweedse linkse als rechtse blok met allerlei beloften om mensen te ondersteunen, die ze beiden waarschijnlijk niet (hadden) kunnen waarmaken. Het lijkt erop alsof vooral de eerdergenoemde Miljöpartiet politiek gezien geleden heeft onder de inflatie. Andere partijen hebben hier natuurlijk van geprofiteerd, maar naar het schijnt heeft inflatie als verkiezingsthema niet de doorslag gegeven in Zweden. 

Italië heeft al jaren grote economische problemen en de heersende inflatie heeft het hoofdpijndossier alleen maar uitgebreid. Vlak voor de verkiezingen zeiden prominenten van Fratelli d’Italia dat het monetaire beleid van de EU gedurende de afgelopen tien jaar gezorgd heeft voor de huidige inflatie en dat de oorzaken veel verder teruggaan dan de oorlog in Oekraïne en de daaruit voortkomende energiecrisis. Dit idee werd gedeeld door veel Italiaanse kiezers en heeft er wellicht mede voor gezorgd dat het linkse blok, waar sommige partijen Europese samenwerking juist aanmoedigen, minder kiezers aantrok. 

Conclusie 

Ondanks het feit dat Zweden en Italië op veel vlakken van elkaar verschillen, zijn rechts-nationalistische partijen in beide landen er de afgelopen verkiezingen in geslaagd om een aanzienlijke hoeveelheid kiezers te werven. In de aanloop naar de verkiezingen mengden de partijen zich bij uitstek in debatten over thema’s die de rechts-nationalistische ideologie kunnen ondersteunen. Zo werden onderwerpen als migratie, bendegeweld en traditionele familienormen aangesneden om zo het idee van nationale eenheid en veiligheid te versterken. Verder werd Europese samenwerking met betrekking tot grensoverstijgende crises zoals de oorlog in Oekraïne, de energiecrisis en inflatie in twijfel getrokken wanneer dit in conflict leek te zijn met de autonomie van de natiestaat of wanneer het negatieve gevolgen leek te hebben voor de bevolking. 

In deel twee van dit tweeluik zullen de mogelijke verklaringen voor de opkomst van rechts-nationalisme verder worden uitgediept. Dit zal gebeuren aan de hand van de bovengenoemde verkiezingsthematiek, maar er wordt ook verder gekeken dan dat. Welke invloed hebben polarisatie en de verkiezingssystemen bijvoorbeeld op de groei van rechts-nationalisme? En waarom was de samenwerking in het rechterblok zo succesvol ten opzichte van het linkerblok? En – niet onbelangrijk – heeft de opkomst van rechts-nationalisme eigenlijk gevolgen voor Europa? Dit lees je allemaal in deel 2, dat gepubliceerd zal worden op donderdag 24 november 2022!

Loes ter Horst doet de master Crisis and Security Management aan de Universiteit Leiden met een specialisatie in Governance of Crisis, nadat ze afgelopen zomer haar bachelor Liberal Arts and Sciences (hoofdrichting International Governance) behaalde. 

Luna Verbaas is een bachelor student Liberal Arts and Sciences aan de Universiteit Utrecht met een specialisatie in Internationale Betrekkingen in Historisch Perspectief en Filosofie, Politiek en Maatschappij.

Beeld: Shutterstock

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *